Naar hoofdinhoud

Em. prof. dr. R.H. Reeling Brouwer

Bijzonder Hoogleraar; Universitair Hoofddocent
New Testament / historical theology

Profielschets van de bijzondere leerstoel Miskotte/Breukelman voor de theologische hermeneutiek van de bijbel ingesteld door de Stichting ‘Leerstoel Miskotte/Breukelman voor de theologische hermeneutiek van de bijbelse grondwoorden’ aan de Protestantse Theologische Universiteit.

I. Inleiding

De Stichting ‘Leerstoel Miskotte/Breukelman voor de theologische hermeneutiek van de bijbel’ zal worden opgericht in een samenwerking van de Dr K.H. Miskotte Stichting en de Breukelman Stichting. De doelstelling van deze nieuwe stichting luidt: “Het instellen en in stand houden van de bijzondere leerstoel Miskotte/Breukelman voor de theologische hermeneutiek van de bijbel aan de Protestantse Theologische Universiteit en het bevorderen van de studie van het theologische werk van K.H. Miskotte en F.H. Breukelman en de theologische hermeneutiek in deze traditie in het algemeen, ten dienste van kerk en samenleving.”

De theologie van Miskotte en Breukelman heeft als ontstaansgrond en oogmerk de vraag naar het bijbels gehalte van de verkondiging van de kerk, in wisselwerking met de cultuur. De nieuw in te stellen leerstoel heeft als doel de geschriften van deze beide theologen te onderzoeken met het oog op de verkondiging van de kerk in de wereld. Door het instellen van de bijzondere leerstoel kan het werk van Miskotte en Breukelman worden bestudeerd binnen de PThU.

II. Beweegredenen

1. Historie

Zowel K.H. Miskotte (kerkelijk hoogleraar Dogmatiek, Ethiek en Kerkrecht te Leiden, 1945-1959) als F.H. Breukelman (wetenschappelijk medewerker UvA, 1968-1980) waren bij leven verbonden aan de Nederlandse theologie-opleidingen.

Het werk van Miskotte en dat van Breukelman heeft ieder een eigen kleur, maar er is daarbij wel sprake van een gedeelde theologische visie en werkwijze, die bovendien in beider geval schatplichtig is aan het systematisch-theologische werk van Karl Barth. In beweging gezet door het werk van Barth werden zij, ieder op eigen wijze, op het spoor gezet van het taaleigen, de grondwoorden van de bijbel.

Beide theologen stelden de vraag naar het wezen van de bijbelse verkondiging, naar de verhouding van Oude en Nieuwe Testament en vroegen aandacht voor het hoogst originele getuigenis van Tenach en Evangelie. Hun werkwijze kenmerkte zich door het serieus nemen van de bijbeltekst zoals die, na overlevering en redactie, nu voorligt.

Jodendom en Tenach

Miskotte mag de eerste heten die in de Nederlandse theologie systematisch aandacht vroeg voor het ‘tegoed van het Oude Testament’ zoals hij het zelf noemde, alsmede voor het jodendom en de joodse filosofie als zelfstandige bron van kennis en als zinnige ‘vraag aan de kerk’. Door joodse filosofen als Brod en Rosenzweig kwam Miskotte op het spoor van de bestudering van de ‘geestelijke grammatica der Schriften’, hetgeen hij al in 1941 in Bijbels ABC uitwerkte. De grondwoorden en grammatica van de bijbel bleken er toe te doen. De taal zegt iets over de boodschap, zoals de boodschap haar eigen taal noodzakelijk maakt. Door de ontdekking van het kritisch gehalte van Tenach ten opzichte van de heersende religieuze en ideologische stromingen kon er van Miskotte tijdens de oorlogsjaren een ‘betere weerstand’ uitgaan, die velen beslissend heeft beïnvloed.

Breukelman trok dit spoor door en introduceerde in Nederland de bijbelvertaling (‘Verdeutschung’) van Buber en Rosenzweig. Door onafgebroken studie van de compositie van de bijbelse teksten en hun ‘grondwoorden’ opende Breukelman voor hele generaties theologen de Schriften opnieuw. Eigen aan het werk van Breukelman, in het spoor van Miskotte, is de wisselwerking tussen de verschillende theologische disciplines. Geen exegese om de exegese, noch ook dogmatiek omwille van de dogmatiek zelf: iedere discipline corrigeert de ander en moet in samenhang worden gezien.

Dat in onze protestantse traditie het Oude Testament zo’n prominente plaats inneemt, ook in het kerkelijke leesrooster, is mede aan het werk van deze twee theologische pioniers te danken.

Aangaande Miskotte mag hier zeker niet ontbreken dat hij vanuit de bijbelse grondwoorden op eigen, eminente wijze de verbinding wist te maken met de cultuur en de geest van zijn tijd: zijn uiteenzettingen met de literatuur, kunst, muziek, film en politiek zijn niet onopgemerkt gebleven.

2. Doorwerking van Miskotte en Breukelman

Miskottes erudiete uiteenzetting met de cultuur en Breukelmans vrijmoedigheid om ‘de tekst het zelf te laten zeggen’ hebben grote invloed gehad op de theologie, op predikanten, priesters, voorgangers en op de vele gemeentes die zij dienden. Echter, het is typisch voor de aard van de theologie die Miskotte en Breukelman bedreven, dat deze ‘school’ die zij maakten niet onder één noemer te vangen is.

In Leiden werd K.H. Miskotte in 1960 opgevolgd door de dogmaticus Hendrikus Berkhof, die op eigen wijze het dogmatische werk van Barth in zijn arbeid verwerkte.

Aan de Universiteit van Amsterdam werd na de pensionering van Breukelman in 1991 door het HTWI een leerstoel ‘Bijbelse Theologie’ in het leven geroepen om de aandacht voor de wijze waarop Breukelman, in het spoor van Barth, bijbelse theologie bedreef levend te houden. Dr. R. Zuurmond bekleedde deze leerstoel als eerste, in 1996 opgevolgd door dr K.A. Deurloo.

In 2001 werd, na het opheffen van de (hervormde) kerkelijke opleiding aan de UvA en het pensioen van Deurloo deze leerstoel niet gecontinueerd.

Buitenland

In het buitenland heeft Miskotte, en ook Breukelman, zijn invloed doen gelden, en opvallend genoeg is de buitenlandse belangstelling voor hun beider werk groeiende. Van oudsher is er vanuit het Duitstalige gebied grote belangstelling: onder andere in het tijdschrift Texte und Kontexte, in het werk van Rudolf Bohren die als eerste het werk van Miskotte in Duitsland bekendmaakte en verwerkte in zijn boek Predigtlehre. Voorts zijn prof dr Christian Link (Bochum), Peter Bukowski (Reformierte Bund), prof dr L. Steiger (Heidelberg), dr U. Bauer (Keulen) en vele anderen te noemen. Ook zijn er Duitse vertalingen verschenen van boeken van Miskotte (o.a. Wenn die Götter schweigen, Der Gott Israels und die Theologie en de briefwisseling tussen Barth en Miskotte). Het hoofdwerk van Breukelman Debharim (Kampen 1998) is dan ook direct in het Duits verschenen.

In Praag wordt al decennialang gewerkt met de theologische inzichten van Miskotte en Breukelman. Bijbels ABC (Miskotte) en werken van Breukelman en Deurloo zijn daar in het Tsjechisch vertaald en uitgegeven. In het werk van prof dr M. Prudky vindt deze wijze van theologiseren grote weerklank. Onlangs ontving Karel Deurloo, leerling van Miskotte en Breukelman, een eredoctoraat van de universiteit van Praag voor zijn grote verdiensten op het gebied van de bijbelwetenschap.

In het Engels taalgebied heeft het werk van Miskotte en Breukelman ook reeds z’n sporen nagelaten. Prof B. Childs (Yale University, auteur van het boek Biblical Theology) heeft de inzichten van Miskotte en Breukelman opgenomen in zijn bijbels-theologische werk en de uitgave Voices from Amsterdam (Martin Kessler) ondersteund. De belangstelling heeft onlangs een impuls gekregen door het werk van oudtestamenticus Walter Brueggeman, die dankbaar gebruik maakt van de nieuwe leeswijze van Tenach door Miskotte, Breukelman en Deurloo. Zijn aanbevelingen hebben o.a. de weg gebaand voor een Engelse uitgave van Breukelmans Debharim. Tevens is inmiddels de Calvijnstudie van Breukelman (in het Nederlands: Bijbelse Theologie IV/1 De structuur van de heilige leer in de theologie van Calvijn, Kampen 2003) bij de Amerikaanse theologische uitgeverij Eerdmans in het Engels verschenen.

3. Huidige situatie

In de huidige tijd, waarin de kerk zich, gedreven door een dalend ledental en afnemende middelen, opnieuw bezint op haar eigenheid en ‘missie’, kan een bezinning op de bijbelse teksten, met het oog op de verkondiging van de kerk, niet breed genoeg gestalte krijgen. De wijze waarop Miskotte en Breukelman zochten naar de betekenis van de bijbelse teksten voor de mens van nu, op ‘interdisciplinaire’ manier en in gesprek met de cultuur, kan bij deze ‘herbronning’ van kerk en theologie zeer behulpzaam zijn. Door het instellen van de bijzondere leerstoel kan de bijdrage van Miskotte en Breukelman aan deze herbronning binnen de PThU wetenschappelijk worden onderzocht.

Het eigene van deze leerstoel ligt niet alleen in de exegese, of in de wijsgerige hermeneutiek, maar in de vraag naar een bijbelse hermeneutiek vanuit de grondwoorden van de Schrift. Centraal staat hierbij de vraag naar de kerygmatische strekking van de bijbelse teksten. Deze theologie en deze leerstoel hebben vooral de dienstbaarheid aan de verkondiging op het oog. Het doel is deze verkondiging van kritische reflectie te voorzien, haar te bevragen en aan bijbels gehalte te doen winnen.

4. Plaats van de bijzondere leerstoel binnen de PThU

De bijzondere leerstoel krijgt een plaats in het onderwijs- en onderzoeksprogramma van de PThU. De vestigingsplaats zal Amsterdam zijn. Binnen het onderzoeksprogramma van de PThU worden drie onderzoeksvelden onderscheiden: Sources (bijbelwetenschap en kerk- en dogmengeschiedenis), Beliefs (systematische theologie) en Practices (praktische theologie). De leerstoel wordt ondergebracht in de onderzoeksgroep Beliefs. De bijzonder hoogleraar zal in de feitelijke uitvoering van de werkzaamheden het gesprek aangaan met de leerstoelhouders van Sources, omdat het onderzoek zich richt op verstaan en vertolking van de bijbelse teksten in de samenhang van het geheel van de bijbel en op de kerkelijke en theologische receptie en doorwerking van het werk van Miskotte en Breukelman. Vanwege het sterk interdisciplinaire karakter van het werk van Miskotte en Breukelman zal de bijzondere hoogleraar op het gebied van de bijbelse verkondiging het gesprek zoeken met onderzoekers van Practices.

Onderzoek: De bijzonder hoogleraar heeft als opdracht om de geschriften van Miskotte en Breukelman, hun receptie en doorwerking en hun betekenis voor de kerk en de wereld van vandaag te onderzoeken. Hij heeft een belangrijke rol in het aantrekken en begeleiden van promovendi op dit terrein.

Onderwijs: Onderwijs vanuit deze leerstoel kan plaatsvinden in de vrije ruimte van het verdiepingsjaar van de master (en indien mogelijk in de vrije ruimte van de bachelor) en in de nascholing teneinde studenten en predikanten in de gelegenheid te stellen het werk van Miskotte en Breukelman nader te bestuderen.

III. Profielschets

Van de bijzonder hoogleraar wordt verwacht dat hij/zij één dag per week beschikbaar is voor de uitoefening van de aan het bijzonder hoogleraarschap verbonden taken.

Van de bijzonder hoogleraar worden globaal de volgende taken verwacht:

  • Het onderzoek naar de geschriften van Miskotte en Breukelman, hun receptie en doorwerking, en hun betekenis voor de kerk en de wereld van vandaag
  • het geven van onderwijs in dit werk.
  • het begeleiden van promovendi op het gebied van de ‘theologische hermeneutiek van de bijbel’ en het werk van de theologie van Miskotte en Breukelman

Tevens wordt van de hoogleraar een actieve bijdrage gevraagd aan het werk van de nieuw op te richten stichting, zoals dat in de doelstelling verwoord is: ‘het bevorderen van de studie van het theologische werk van K.H. Miskotte en F.H. Breukelman en de theologische hermeneutiek in deze traditie in het algemeen, ten dienste van kerk en samenleving.’

Omdat het hier een leerstoel betreft vanuit een stichting waaraan de namen van twee theologen verbonden zijn, die duidelijk verwant, maar ook verschillend zijn, wordt van de hoogleraar verwacht dat hij/zij met wijsheid en evenwichtigheid de aandacht over de beide deelgebieden kan verdelen.

Voor de te benoemen hoogleraar gelden de volgende functie-eisen:

  • Goede academische kwaliteiten, blijkend uit een academisch proefschrift, een tweede monografie en andere relevante publicaties
  • Goede onderwijskwaliteiten en -ervaring
  • Ervaring met het begeleiden van wetenschappelijk (promotie-)onderzoek
  • Bereidheid om promovendi aan te trekken en te begeleiden
  • Aantoonbare affiniteit met beide theologen en het werk van de stichting
  • Aantoonbare affiniteit met de vragen vanuit kerk en cultuur
  • Bereidheid en deskundigheid om het gesprek met de cultuur (filosofie, literatuur, beeldende kunst, muziek) te voeren
  • Goede contactuele eigenschappen
  • Goede organisatorische en bestuurlijke vaardigheden
  • Een aantal jaren predikantservaring binnen de PKN of ander kerkgenootschap

Profiel leerstoel Miskotte/Breukelman